ours-idefisc

Idefisc — Belastingsnieuws

Hervorming van de sociale bijdragen van zelfstandigen

Vandaag betalen zelfstandigen sociale bijdragen op hun inkomsten van 3 jaar geleden. Dit systeem voor de berekening van de sociale bijdragen is niet perfect. De dubbele betalingswijze en de overgangstijd van drie jaar naar het definitieve regime zijn het voorwerp van vele kritiek.

De zelfstandige die het ritme van zijn activiteit vermindert omwille van gezondheidsredenen of omwille van om het even welke reden, blijft sociale bijdragen verschuldigd die berekend worden op basis van inkomsten die in vele gevallen geen link hebben met de inkomsten van het jaar waarvoor ze verschuldigd zijn.

Bovendien moet de zelfstandige die ook na 65 jaar wilt blijven werken, bijdragen betalen die berekend worden op basis van zijn inkomsten uit de hoofdactiviteit die hij uitoefende voor de pensioenleeftijd.

Het is daarom dat een wet van 22 november 2013 werd aangenomen (Belgisch Staatsblad van 6 december 2013). Deze wet heeft een diepe hervorming van de berekening van de sociale bijdragen van zelfstandigen tot gevolg en wijzigt zo het Koninklijk Besluit n° 38 van 27 juli 1967 dat het statuut van zelfstandigen regelt.

Deze nieuwe wet treedt in werking op 1 januari 2015 en zal een nieuwe berekeningswijze voor de sociale bijdragen van zelfstandigen invoeren.

Concreet zal het bedrag van de bijdragen van zelfstandigen vanaf die datum afhangen van de inkomsten van het lopende jaar en niet meer van de inkomsten van de laatste drie jaar.

Eén van de objectieven die deze wet nastreeft, is het beschikken over een systeem dat moet stroken met de economische werkelijkheid. “In dit nieuwe systeem past de zelfstandige het niveau van zijn bijdragen aan aan de evolutie van zijn economische situatie” (wetsontwerp over de hervorming van de berekening van sociale bijdragen van zelfstandigen, Gedr. St., Kamer, gewone zitting 2012-2013, nr. 2938/001, p. 3).

Vanaf 2015 zullen de sociale bijdragen betaald worden op de inkomsten van het jaar zelf, zelfs wanneer deze inkomsten nog niet gekend zijn.

Om dit te doen, zal de berekening in twee keer gebeuren. Eerst zal de zelfstandige voorlopige bijdragen betalen tijdens het bijdragejaar zelf.

Twee jaar later, zijnde wanneer de beroepsinkomsten van het bijdragejaar door de Administratie van de ondernemings- en inkomensfiscaliteit van de Federale Overheidsdienst Financiën werden overgemaakt, zal op die basis overgegaan worden tot de vaststelling van het definitieve bedrag van de bijdragen die verschuldigd zijn voor het betrokken bijdragejaar (nieuw artikel 11, §5 van het Koninklijk Besluit nr. 38 van 27 juli 1967).

De sociale verzekeringskas maakt een afrekening over aan de zelfstandige. Men spreekt van een “regularisatie”.

In het geval dat de zelfstandige niet voldoende bijdragen heeft betaald, zal hetgeen hij te weinig heeft betaald, worden aangerekend. Daartegenover staat dat wanneer hij te veel bijdragen betaald heeft, dat de kas hem het verschil zal terugstorten. De definitieve berekening zal dus altijd pas twee jaar later worden gedaan.

Dit systeem zal toelaten dat de bijdragen vandaag betaald worden op basis van de huidige inkomsten.

Auteur : Florence Cappuyns

ours-idefisc
Idefisc — Actualités Fiscales
©2003-2020 Idefisc & Words and Wires W3validator