Sinds 1 juli 2012 werd het bedrag van de niet-proportionele fiscale boetes op het vlak van de BTW opgetrokken.

De programmawet van 22 juni 2012 heeft de minimum- en maximumbedragen van de boetes tussen 25 en 2.500 euro doen stijgen naar bedragen tussen 50 en 5.000 euro.

Het koninklijk besluit van 9 juli 2012 werd in uitvoering van deze programmawet genomen. Het betreft de overtredingen zoals de niet- of laattijdige neerlegging van de aangifte, het niet opstellen van facturen of hun uitreiking na de vastgestelde termijn, …

Wij stellen vast dat meerdere boetes werden verdubbeld. Zo is bij een overtreding begaan met de bedoeling om de belasting te ontduiken, de hoogste geldboete verdubbeld zonder dat deze het bedrag van 5.000 euro per overtreding mag overschrijden.

In enkele gevallen, wanneer eenzelfde overtreding wordt herhaald, is een graduatie van de boetes voorzien. In de veronderstelling dat het kasboek, register of het journaal moest bijgehouden worden en dit niet gebeurd is, zal de eerste overtreding aanleiding geven tot een boete van 1.500 euro, de tweede stijgt naar 3.000 euro en de volgende overtredingen naar 5.000 euro.

Om te bepalen of het om herhaaldelijke overtredingen gaat, wordt rekening gehouden met dezelfde overtredingen die gedurende een periode van vier jaren voorafgaand aan de overtreding, werden begaan.

De overtredingen worden beschouwd als eerste overtreding indien dezelfde overtredingen niet werden bestraft voorafgaand aan de datum waarop deze werden begaan.

Bovendien heeft de FOD Financiën in het Belgisch Staatsblad aangegeven dat het barema van verlaagde boetes vanaf nu opgeheven is. Dat zou aan de administratie toelaten om vanaf de eerste overtreding boetes op te leggen zoals voorzien door het koninklijk besluit van 9 juli 2012. De recente rechtspraak erkent echter een beoordelingsvrijheid voor wat betreft de hoogte van de boetes.