ours-idefisc

Idefisc — Belastingsnieuws

Rechtszekerheid geldt ook voor een administratieve interpretatie die aanleiding geeft tot een praktijk die in strijd is met het recht van de belastingplichtige

Men zal zich herinneren dat wij in een vorig artikel schreven dat het Hof van Cassatie beslist had dat het vertrouwensbeginsel een zaak van het primaire gemeenschapsrecht was en moest gerespecteerd worden door het afgeleide gemeenschapsrecht en met name door de richtlijnen.

Het Hof verduidelijkte toen dat het vertrouwensbeginsel moest gerespecteerd worden door de Lidstaten, en met name door de nationale belastingautoriteiten.

Het Hof van Cassatie heeft zojuist een interessant arrest gewezen over de rechtszekerheid met betrekking tot de daaruit voortvloeiende interpretaties en administratieve praktijken.

Het Hof herhaalt dat uit de rechtspraak van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens volgt dat de interpretatie die de nationale belastingautoriteiten in hun richtlijnen geven en die zij in de praktijk toepassen, ook tot gevolg kan hebben dat een belastingbepaling niet voldoet aan de vereisten van voorzienbaarheid en rechtszekerheid die zijn opgelegd door artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij het Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden.

Reeds in 1992 had het Hof van Cassatie beslist dat de algemene beginselen van behoorlijk bestuur het recht op rechtszekerheid en de verplichting voor overheidsdiensten om de opgewekte gerechtvaardigde verwachtingen van de burger te respecteren, omvatten.

We moeten echter onthouden dat deze rechtspraak niet bijzonder goed werd ontvangen door de hoogste rechters van het land en dat het tijd kostte om dit beginsel goed aan te wijzen en te erkennen in het fiscaal recht.

Het nieuwe arrest bevestigt opnieuw het voorzorgsbeginsel en het beginsel van de rechtszekerheid in fiscale zaken, maar toont ook aan dat de interpretatie - en de daaruit voortvloeiende praktijk - die de belastingdienst aan een wettelijke bepaling geeft, kan leiden tot een schending van dit fundamentele beginsel in hoofde van de belastingplichtige.

Het is duidelijk dat een door de overheid verkeerd geïnterpreteerde en dus misplaatste wettelijke bepaling in strijd kan zijn met het recht van de belastingplichtige op rechtszekerheid en uit dien hoofde kan worden gecensureerd.

Auteur : Pascale Hautfenne

ours-idefisc
Idefisc — Actualités Fiscales
©2003-2020 Idefisc & Words and Wires W3validator