ours-idefisc

Idefisc — Belastingsnieuws

Voorafgaande kennisgeving van aanwijzingen van belastingontduiking in geval van onderzoek wie de persoon ook is bij wie de onderzoekingen moeten uitgevoerd worden

Voor wat betreft de inkomstenbelastingen beschikt de administratie over uitgebreide bevoegdheden die haar toelaten onderzoeksdaden te stellen teneinde de verschuldigde belasting aan te tonen.

De onderzoekingen die worden uitgevoerd tijdens het belastbaar tijdperk en tijdens de aanslagtermijn van drie jaar die voorzien is in artikel 354, al. 1 van het WIB92, moeten niet het voorwerp uitmaken van een voorafgaande kennisgeving.

De administratie beschikt tevens over een recht van onderzoek tijdens de aanvullende aanslagtermijn van vier jaar die van toepassing is in geval van fraude, maar dit enkel op voorwaarde dat “de administratie de belastingplichtige vooraf schriftelijk en op nauwkeurige wijze kennis heeft gegeven van de aanwijzingen inzake belastingontduiking die te zijnen aanzien bestaan voor het bedoeld tijdperk” (art. 333, al.3 van het WIB92). Deze voorafgaande kennisgeving is voorgeschreven op straffe van nietigheid van de belasting die wordt geheven naar aanleiding van deze onderzoekingen.

Bijgevolg moet de administratie, wanneer zij van plan is om onderzoekingen uit te voeren tijdens de buitengewone termijn, aan twee voorwaarden voldoen, zijnde:

  1. Beschikken over aanwijzingen van belastingontduiking ten aanzien van de belastingplichtige;
  2. De belastingplichtige informeren over het bestaan van deze aanwijzingen.

Uit de (zeer kritische) rechtspraak van het Hof van Cassatie bleek dat de schriftelijke en nauwkeurige voorafgaande kennisgeving aan de belastingplichtige van aanwijzingen van belastingontduiking die betrekking hadden op hem, enkel gericht was op de onderzoekingen ten aanzien van de belastingplichtige zelf; deze kennisgeving was niet vereist indien de administratie over elementen beschikte die haar toeliet de belasting te heffen zonder bij de belastingplichtige zelf een onderzoek te moeten uitvoeren (Cass., 14 oktober 1999 en Cass., 18 november 2010).

Verandering </p>

In een arrest van 12 februari 2016 oordeelde het Hof van Cassatie dat de onderzoekingen die bedoeld worden in artikel 333, al. 3, van het WIB92 (en dus een voorafgaande kennisgeving vereisen) “deze zijn die voor de belastingplichtige, de derde of de overheidsdienst, -instelling of -instantie waar ze worden uitgevoerd, de verplichting inhouden om, op vraag van de administratie, de boeken, documenten of inlichtingen over te maken, dit conform de bepalingen van hoofdstuk III van boek VII van dat wetboek”.

Uit dat arrest konden we dus al een uitbreiding afleiden van het toepassingsveld van de verplichting van voorafgaande kennisgeving.

Voorafgaande kennisgeving van aanwijzingen van belastingontduiking zelfs in geval van onderzoekingen bij een derde

In haar arrest van 20 mei 2016 neemt het Hof een radicale positie in en stapt ze af van haar restrictieve rechtspraak.

In dat arrest stelt het Hof vast dat alinea 3 van het artikel 333 WIB92 betrekking heeft op de onderzoekingen voorzien door hoofdstuk III van titel VII van het WIB92. Deze bepalingen hebben echter zowel betrekking op de onderzoekingen die werden uitgevoerd bij de belastingplichtige zelf als op deze die bij een derde worden uitgevoerd of ook nog in een overheidsdienst, -instelling of -instantie.

Het Hof besluit dus dat, indien de voorgenomen onderzoekingen tijdens de aanvullende termijn betrekking hebben op de situatie van een belastingplichtige, de administratie hem voorafgaand moeten kennis geven van de aanwijzingen van belastingontduiking ten aanzien van hem, “wie ook de persoon is bij wie de onderzoekingen moeten uitgevoerd worden”.

Naar aanleiding van dit nieuwe arrest is de administratie nu verplicht, op straffe van nietigheid van de belasting, om de belastingplichtige voorafgaand kennis te geven van de aanwijzingen van belastingontduiking en dit telkens zij van plan is om tot onderzoek over te gaan tijdens de aanvullende termijn van vier jaar, ongeacht de plaats waar dit onderzoek zal uitgevoerd worden.

Auteur : Chloé Binnemans

ours-idefisc
Idefisc — Actualités Fiscales
©2003-2020 Idefisc & Words and Wires W3validator