ours-idefisc

Idefisc — Belastingsnieuws

Luxemburg: niet-aftrekbaarheid van intresten en vergoedingen verschuldigd aan verbonden ondernemingen die zijn gevestigd in niet-coöperatieve gebieden

1. In Luxemburg valt het algemeen principe van de aftrekbaarheid van bedrijfskosten die exclusief door de onderneming worden gemaakt onder artikel 45 LIR (wet betreffende de inkomstenbelasting).

Artikel 168 LIR lijst de uitgaven op die, als uitzondering op het algemeen principe, niet aftrekbaar zijn.

Een hypothese van bijkomende niet-aftrekbaarheid op deze lijst is op 1 maart 2021 van kracht geworden, na de aanneming van een wet van 10 februari 2021 (tot wijziging van de gewijzigde wet van 11 december 1967 betreffende de inkomstenbelasting).

2. Sinds 1 maart 2021 zijn de intresten of vergoedingen die verschuldigd zijn aan een verbonden onderneming gevestigd in een land op of een gebied die op de lijst staat van niet-coöperatieve landen of gebieden voor fiscale redenen, niet aftrekbaar in hoofde van een vennootschap die gevestigd is in het Groothertogdom Luxemburg.

Deze wijziging komt er in het kader van de resoluties van de Raad van Economische en Financiële Zaken van de Europese Unie (ECOFIN) van 5 december 2019 waarin de Lidstaten van de Europese Unie gevraagd worden om beschermingsmaatregelen in te voeren tegen landen die op de “zwarte” lijst staan van de Europese Unie.

OP vandaag zijn de niet-coöperatieve landen die op de lijst staan:

De Amerikaanse Samoa eilanden, Anguilla, Barbados, Fiji, Guam, Palau, Panama, Samoa, Seychellen, Trinity et Tobago, de Amerikaanse Maagdeneilanden en Vanuatu.

Tot op vandaag heeft het Groothertogdom Luxemburg slechts één enkele maatregel ingevoerd tegen de niet-coöperatieve landen, namelijk de verplichting voor de Luxemburgse bedrijven om elke transactie aan te geven die binnen de groep met entiteiten die zich in dergelijke rechtsgebieden bevinden, uitgevoerd wordt.

3. Voor de toepassing van de niet-aftrekbaarheidsregel is het de kwestie om de werkelijke begunstigde van intresten of vergoedingen in aanmerking te nemen indien het organisme waaraan de intresten of vergoedingen verschuldigd zijn, niet de werkelijke begunstigde is.

Het gaat er dus om na te gaan welke organisatie daadwerkelijk profiteert van de intresten of vergoedingen om de doeltreffendheid van de beschermmaatregel mogelijk te maken. De niet-aftrekbaarheid zal dus onder meer van toepassing zijn wanneer een betaling van intresten of vergoedingen aan een organisatie van collectieve aard die gevestigd is in een niet-coöperatief land of gebied en die daadwerkelijk de intresten of vergoedingen ontvangt, onrechtstreeks wordt verricht via een tussenpersoon die niet in een dergelijk land of gebied is gevestigd.

De begunstigde van de intresten of vergoedingen moet een verbonden onderneming zijn in de zin van artikel 56 LIR. In de zin van deze bepaling zijn twee vennootschappen verbonden wanneer een van hen rechtstreeks of onrechtstreeks deelneemt aan het beheer, de controle of het kapitaal van de andere of wanneer dezelfde personen rechtstreeks of onrechtstreeks deelnemen aan het beheer, de controle of het kapitaal van de twee ondernemingen.

4. Artikel 168 LIR, zoals gewijzigd, voorziet in de mogelijkheid om intresten of vergoedingen af te trekken van organismes van collectieve aard die in niet-coöperatieve staten zijn gevestigd, op voorwaarde dat "de belastingplichtige het bewijs levert dat de verrichting waaraan de verschuldigde intresten of vergoedingen zijn toegerekend, wordt gebruikt voor zakelijke redenen die de economische realiteit weerspiegelen.”

5. In de toelichting van het wetsontwerp die tot deze wetswijziging heeft geleid, wordt bepaald dat het hier niet volstaat dat de belastingplichtige eenvoudigweg economische redenen aangeeft om deze noodzakelijkerwijs als aanvaardbaar toe te laten, maar deze redenen moeten, rekening houdend met alle relevante feiten en omstandigheden, als reëel kunnen worden beschouwd en voldoende economisch voordeel hebben dat verder gaat dan een mogelijk belastingvoordeel dat door de verrichting wordt verkregen.

Auteur : Angélique Puglisi

ours-idefisc
Idefisc — Actualités Fiscales
©2003-2020 Idefisc & Words and Wires W3validator