ours-idefisc

Idefisc — Actualités fiscales

Belasting van de vereffeningswinsten: de dagen van het 10% tarief zijn geteld!

Het ontwerp van de programmawet dat een wijziging van het belastingtarief van de vereffeningswinsten inhoudt, werd op 3 juni 2013 neergelegd in de Kamer van Volksvertegenwoordigers.

Eén van de belangrijkste fiscale maatregelen in dit wetsontwerp is de wijziging van het voordelige belastingtarief van de vereffeningswinsten die door de aandeelhouders of vennoten worden verkregen bij de vereffening van commerciële vennootschappen, om deze te brengen van 10% op 25% en deze op die manier in lijn te brengen met het fiscale stelsel voor andere roerende inkomsten.

De nieuwe wet zal voorzien in: een nieuw tarief, overgangsmaatregelen, en een verlaagd tarief dat in een beperkt aantal gevallen van toepassing zal zijn.

Het nieuwe belastingtarief zal van kracht zijn voor de inkomsten die toegekend worden of zullen betaald worden vanaf 1 oktober 2014. Laten we in dat opzicht preciseren dat voorschotten op dividenden die aan de eigenaars van waardepapieren worden toegekend, weldegelijk een “betaald of toegekend” dividend inhouden, zelfs als het definitieve bedrag van het jaarlijkse dividend nog niet gekend is.

Bovendien blijft een verlaagd tarief voorzien voor de dividenden van nieuwe waardepapieren op naam waarvan de openlijke bedoeling (in het Exposé van de motieven van het ontwerp van programmawet) is om de “relancering” van de economie te stimuleren, in het bijzonder de KMO’s, via een verlaagd belastingtarief voor de dividenden uit onderschreven aandelen of deelbewijzen ten gevolge van een kapitaalsverhoging binnen deze KMO’s.

Het zou dus de bedoeling zijn om vers kapitaal in deze vennootschappen in te brengen en de maatregel betreft enkel de inbrengen in geld die uitgevoerd worden vanaf 1 juli 2013.

Er zijn heel wat voorwaarden voorzien.

Dit verlaagd tarief zal hoger zijn dan het huidig verlaagd tarief van 10%, aangezien zij 20% zal bedragen voor dividenden die tijdens het tweede boekjaar na het boekjaar van de inbreng werden toegewezen of toegekend, en zal 15% bedragen voor latere dividenden; het tarief kent dus in elk geval een verhoging van vijf punten.

Het wetsontwerp bevat echter ook een aantal overgangsmaatregelen.

De belaste reserves die bestaan op 31 maart 2013 kunnen nog uitgekeerd worden onder de toepassing van een roerende voorheffing van 10%, op voorwaarde dat de aandeelhouder of vennoot de op die manier verkregen dividenden onmiddellijk gebruikt om het kapitaal van de betrokken vennootschap te verhogen en deze kapitaalverhoging nadien op die manier behoudt.

Welke houding moeten wij aannemen? Moet men zich tegenover het verdwijnen van het voorkeurstarief van 10% haasten en vereffenen, vooraleer de nieuwe wet van kracht wordt?

De mensen die de pensioengerechtigde leeftijd naderen, kunnen ofwel hun vennootschap onmiddellijk vereffenen ofwel, tegen enkele beperkingen, gebruik maken van de overgangsbepaling die in de wet is opgenomen (die de transitoire periode verspreidt over 4 jaar voor KMO’s en over 8 jaar voor de andere vennootschappen).

Indien voor de anderen in enkele heel specifieke gevallen en met een zeker aantal voorzorgsmaatregelen de oplossing kan aangeraden worden om de vennootschap te vereffenen om daarna een nieuwe op te richten, bestaan er nog altijd de andere oplossingen die aan de aandeelhouder zouden kunnen toelaten om de vruchten van een levenswerk te plukken, tegen een beperkte fiscale last.

Inzake de vermogensrechtelijke optimalisatie van professionele vennootschappen die op het einde van hun actief leven zijn, hielden niet alle oplossingen een vereffening in; deze andere oplossingen worden in niets aangetast door het bestaan van dit nieuw ontwerp van wetswijziging.

Auteur : Severine Segier

Taxation du boni de liquidation : les jours du taux de 10% sont comptés !

Le projet de loi-programme contenant une modification du taux de taxation des bonis de liquidation a été déposé ce 3 juin 2013 à la Chambre des représentants.

L’une des principales mesures fiscales de ce projet de loi est la modification du taux favorable de taxation des bonis de liquidation obtenus par les actionnaires ou associés, lors de la liquidation de sociétés commerciales, pour le porter de 10 %, à 25 %, et l’aligner ainsi sur le régime fiscal des autres revenus mobiliers.

La nouvelle loi prévoira : un nouveau taux, des mesures transitoires, et un taux réduit applicable dans un nombre limité de cas.

Le nouveau taux de taxation entrera en vigueur pour les revenus qui sont attribués ou mis en paiement à partir du 1er octobre 2014. A ce titre, précisons que des acomptes sur dividendes, attribués aux porteurs de titres, constituent bien un dividende « payé ou attribué », même si le montant définitif du dividende annuel n’est pas encore connu.

Par ailleurs, un taux réduit reste prévu pour les dividendes de nouveaux titres nominatifs, dont le but avoué (dans l’Exposé des motifs du projet de loi-programme), est d’encourager la « relance » de l’économie, particulièrement des PME, par la voie d’un taux réduit de taxation pour les dividendes émanant d’actions ou parts souscrites suite à une augmentation du capital social de ces PME.

Le but serait donc d’amener de nouveaux capitaux dans ces sociétés, et la mesure ne vise que les apports en numéraire, effectués à partir du 1er juillet 2013.

Un grand nombre de conditions sont prévues.

Ce taux réduit sera supérieur au taux réduit actuel de 10 %, puisqu’il sera de 20 % pour les dividendes alloués ou attribués lors du deuxième exercice comptable après celui de l’apport, et à 15 % pour les dividendes ultérieurs ; le taux connaît donc en tout état de cause une augmentation de cinq points.

Enfin, le projet de loi contient également certaines mesures transitoires.

Les réserves taxées existantes au 31 mars 2013, peuvent encore être distribuées avec l’application d’un précompte mobilier de 10 %, à condition que l’actionnaire ou associé utilise immédiatement les dividendes ainsi obtenus pour augmenter le capital social de la société concernée, et conserve cette augmentation de capital par la suite.

Quelle attitude faut-il adopter ? Face à la disparition du taux préférentiel de 10 % applicable aux bonis liquidation, faut-il se précipiter et liquider, avant l’entrée en vigueur de la nouvelle loi ?

Les personnes qui approchent de l’âge de la pension, peuvent soit liquider immédiatement leur société, soit, moyennant quelques contraintes, faire usage de la disposition transitoire contenue dans la loi (qui échelonne la période transitoire sur 4 ans pour les PME, et sur 8 ans pour les autres sociétés).

Pour les autres, si la solution de liquider la société pour en constituer ensuite une nouvelle peut, dans certains cas bien précis et avec un certain nombre de précautions, être conseillée, il subsiste toujours les autres solutions susceptibles de permettre à l’actionnaire de référence de récolter le fruit du travail d’une vie, moyennant une charge fiscale limitée.

En matière d’optimisation patrimoniale des sociétés professionnelle en fin de vie active, toutes les solutions n’impliquaient pas une liquidation ; ces autres solutions ne sont en rien affectées par l’existence de cette nouvelle modification législative en projet.

Auteur : Severine Segier
ours-idefisc
Idefisc — Actualités Fiscales
©2003-2020 Idefisc & Words and Wires W3validator