Zopas werd er een regeringsakkoord bereikt over het principe van vergroening van het bedrijfswagenpark. Vanaf 2026 zullen alleen elektrische bedrijfswagens kunnen profiteren van een belastingvoordeel. Het is al jammer dat hybride voertuigen niet onder de maatregel vallen.

Er is geen terugwerkende kracht voorzien en bestaande contracten zullen niet ter discussie worden gesteld. De overheid zegt een "stabiel en duidelijk kader" te willen creëren, zodat bedrijven en werknemers weloverwogen aankoop- en investeringsbeslissingen kunnen nemen.

Elke werkgever zal zijn werknemers altijd een benzine- of dieselauto kunnen aanbieden. Keuzevrijheid blijft bestaan, maar bedrijfswagens die als vervuilend worden beschouwd, kunnen niet langer profiteren van een belastingvoordeel.

Het akkoord wilt ook de versnelde toename van het aantal laadpalen thuis en op het werk aanmoedigen.

Particulieren die tussen 1 september 2021 en 31 augustus 2024 kiezen voor de aankoop en installatie van een laadpaal aan huis, kunnen rekenen op een verlaging van de investeringsbelasting.

Bovendien profiteren bedrijven die tussen 1 september 2021 en 31 december 2022 investeren in een publiek toegankelijke laadpaal van een aftrekpercentage van 200%.

Wat moeten we denken van dit project?

Dit is allemaal wel mooi, maar de energievoorziening en de distributie en ontwikkeling van openbare laadinfrastructuur zal moeten gegarandeerd worden, zoals opgemerkt werd door de Mobia-federatie (voorheen Febiac) die vraagt om een diepgaande monitoring van het aantal, de locatie en de dichtheid van laadinfrastructuren die hand in hand gaan met de elektrificatie van het wagenpark.

Het is duidelijk dat er veel meer ultrasnelle laders nodig zullen zijn, omdat deze tot op heden vrijwel onbestaande zijn.

Sinds 2019 telt België meer dan 10.000 laadpalen, terwijl Nederland sinds 2018 al 122.000 laadpalen heeft.

In België wordt de helft van de laadpalen geïnstalleerd door bedrijven, een kwart is eigendom van particulieren en de rest bestaat uit laadpalen die voor iedereen toegankelijk zijn, gelegen aan de openbare weg.

De overheid moet zich daarom ook op het gebied van vergroening inspannen.

Last but not least zal het elektriciteitsnet het moeten kunnen bijhouden.

Wat als alle gebruikers hun auto tegelijkertijd willen opladen?

Met andere woorden, gaan we genoeg elektriciteit hebben voor al deze auto's, vooral als we uit de kernenergie willen stappen?

Un accord de gouvernement vient d’être trouvé sur le principe du verdissement du parc des voitures de société.

A partir de 2026, seuls les véhicules de société électriques pourront bénéficier d’un avantage fiscal. On regrette déjà que les véhicules hybrides ne soient pas visés par la mesure.

Aucun effet rétroactif n’est envisagé et les contrats existants ne seront pas remis en cause. Le gouvernement indique qu’il souhaite créer un "cadre stable et clair" afin que les entreprises et les employés puissent prendre des décisions d’achat et d’investissement en connaissance de cause.

Chaque employeur pourra toujours offrir à ses salariés une voiture à essence ou diesel. Le libre choix demeurera, mais les voitures de société jugées polluantes ne pourront plus bénéficier d’un avantage fiscal.

L’accord entend également encourager l’augmentation accélérée du nombre de bornes de recharge à la maison et au travail.

Les particuliers qui opteront pour l’achat et l’installation d’une borne de recharge à domicile entre le 1er septembre 2021 et le 31 août 2024 pourront compter sur une réduction d’impôt sur l’investissement.

De même, les entreprises qui investissent dans une borne de recharge accessible au public entre le 1er septembre 2021 et le 31 décembre 2022 bénéficieront d’un taux de déduction de 200%.

Que penser de ce projet ?

Tout cela est bien joli mais il faudra garantir l’approvisionnement en énergie ainsi que la distribution et le développement de l’infrastructure de recharge publique, comme l’a souligné la fédération Mobia (ancienne Febiac), qui demande un suivi approfondi du nombre, de l’emplacement et de la densité des infrastructures de recharge qui vont de pair avec l’électrification du parc automobile.

Il faudra en effet à l’évidence beaucoup plus de chargeurs ultra rapides, ceux-ci étant virtuellement inexistants à ce jour.

Depuis 2019, la Belgique compte plus de 10 000 bornes de recharge, alors que les Pays-Bas disposent déjà de 122 000 bornes de recharge depuis 2018.

En Belgique, la moitié des bornes de recharge sont installées par des entreprises, un quart appartient à des particuliers et seul le reste est constitué de bornes accessibles à tous, situées sur la voie publique.

Les pouvoirs publics devraient donc faire un effort de leur côté également en termes de verdissement.

Enfin, et surtout, il faudra que le réseau électrique puisse suivre.

Que se passera-t-il si tous les utilisateurs veulent recharger leur voiture en même temps ?

En clair, aura-t-on assez d’électricité pour toutes ces voitures, surtout si on veut sortir du nucléaire ?